De Exploitatie van Koel- en luchtbehandelingsinstallaties in het Hoofdstedelijk Gewest Brussel

=> Nieuwe wetgeving van kracht vanaf 19/03/2019!

=> Nieuw besluit vervangt oude wetgeving van 2012…


Het nieuw Brussels besluit rond de exploitatie van koel- en luchtbehandelingsinstallaties heeft enkele drastische wijzigingen doorgevoerd, die niet enkel regels oplegt rond het milieutechnische aspect van de installaties maar tevens ook rekening houdt met het gezondheids- en veiligheidsaspect. 

Wat zijn de belangrijkste veranderingen: 

  • De norm NBN EN 378:2016 krijgt een fundamentele rol en wettelijk kader:
    De generieke norm NBN EN 378:2016 werd tot op heden als één van de normen gezien waaraan de installatie diende te voldoen.
    Deze norm NBN EN 378:2016 is vanaf nu dé referentie waaraan de installatie moet beantwoorden.

  • Vanaf heden worden onder andere de A2L, A2, B2L, B2, A3 en B3-installaties eveneens geviseerd, vanaf een nominale inhoud van 3 kg koudemiddel:
    Dit naast de HCFK- en HFK-installaties, welke geviseerd worden vanaf een nominale koudemiddelinhoud van 5 ton CO2-equivalent.

  • Max. toegelaten relatief lekverlies bij HFK-installaties: ongeveer gelijkschakeling met de Vlaamse wetgeving.
    Waar tot op heden een max. relatief lekverlies toegelaten was van 5% in de periode van 2 opeenvolgende lekcontrolebeurten, is dit vanaf heden aangepast naar een max. toegelaten lekverlies van 5% per kalenderjaar, en max. 10% gedurende een periode van 2 kalenderjaren.
    Deze maatregel komt nu volledig overeen met de Vlaamse wetgeving (VLAREM II, art. 5.16.3.3)

  • HFK’s: Voor het nagaan of een HFK-koudemiddel behoorde tot de geviseerde koudemiddelen, moest men dit verifiëren in de verouderde wetgeving EU 842/2006.
    Vanaf heden worden HFK’s omschreven als volgt: “Stoffen opgesomd in deel 1 van bijlage I, van de Europese F-gassenverordening EU 517/2014 of mengsels die één of meerdere van deze stoffen bevatten.

  • Logboek:vanaf nu ook verplicht voor alle installaties…
    Tot op heden eiste het Hoofdstedelijk Gewest enkel een logboek bij installaties, gevuld met gefluoreerde of ozonafbrekende koelmiddelen.
    Vanaf nu moet bij alle installaties die opgenomen zijn in de lijst van ingedeelde installaties (zie bijlage 1 van het decreet) een logboek worden bijgehouden. Dit maakt dat bijvoorbeeld bij A2L, A2, B2L, B2, A3 en B3-installaties vanaf nu ook een logboek moet aanwezig zijn, indien de nominale inhoud aan koudemiddel 3 kg of meer bedraagt.

  • Instructiefiche, identificatieplaat zie voorgaand punt m.b.t. het logboek

  • Logboek vs. facturen koudemiddel:
    Vanaf heden moet een kopie toegevoegd worden aan het logboek van alle aangekochte hoeveelheden koudemiddel die betrekking hebben op de installatie.

Dit zijn enkele van de belangrijkste wijzigingen ten opzichte van het decreet uit 2012. Het BIM (Brussels Instituut voor Milieubeheer) heeft een verklarende gids opgesteld waarin het decreet op een praktijkgerichte manier wordt toegelicht. Deze gids kan u hierna downloaden.

Heeft u nog vragen over dit nieuwe besluit? Aarzel dan zeker niet om de adviesdienst van Frixis te contacteren via tel. 02 215 18 34 of via info@frixis.be

DOWNLOADS EN LINKS:

  • Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de voorwaarden tot exploitatie van de koelinstallaties: Klik hier

  • Gids koelinstallaties, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest: klik hier

  • Meer over koelinstallaties in het Hoofdstedelijk Gewest Brussel:  
    NL: Klik hier
    FR: Klik hier

 

Schrijf u in op onze nieuwsbrief

Ontvang gratis onze nieuwsbrief en blijf op de hoogte!